5 sterke persoonlijkheden
Matroesjka stond op haar vaste plekje in de boekenkast. Het jongetje strekte zijn armpjes naar haar uit. “Mam, mag ik met de poppetjes spelen?” “Nee, lieverd, dat weet je. De Baboesjka is niet om mee te spelen.”
“Zei ze nou Baboesjka? Zeg er wat van!”
“Ik dacht dat mensen zo slim waren. Dat valt vies tegen!”
“We zijn in Nederland, misschien weet ze het verschil gewoon niet.”
In haar rommelde het van verontwaardiging. Ze waren met zijn vijven en nummer twee en drie waren gezegend met Russisch temperament dat nu de kop op stak. Nummer vier was meegaand en genegen de moeder het voordeel van de twijfel te gunnen.
Nummer vijf roerde zich nu ook: “Dat jongetje wil met me spelen! Mag het alsjeblieft? Toe?”
Nummer één siste ze alle vier toe: “Stil! Willen jullie betrapt worden? Het is mijn taak jullie te beschermen. Dat kan ik alleen als jullie je gedeisd houden.”
Het tumult in haar nam toe.
“We zijn wel oud, maar niet zo oud!"
"Zeg er gewoon wat van, het gaat om het principe!"
"We kunnen haar toch gewoon leren over onze cultuur?"
"Da, dan kan ik met dat jongetje spelen!"
Ze gingen zo tekeer dat ze wankelde op de boekenplank. Nummer één voelde dat ze langzaam haar evenwicht verloor. Ze zette zich schrap voor de klap die ging komen.
“Hé! Hoe kan jij nou van de kast vallen?” De vrouw had hen opgevangen. Ze streelde zachtjes de gladde rondingen van nummer één. Het kietelde.
“Jij bent dierbaar, je moet wel heel blijven.”
“O ja? Zijn wij dierbaar? Waarom weet jij dan niet dat wij geen Baboesjka zijn, maar een Matroesjka?”
“Weet je überhaupt wel wat een Baboesjka is?”
Nummer één zuchtte. Wisten twee en drie nou echt van geen ophouden? Wees stil had ze toch gezegd? Hopelijk had de vrouw hen niet gehoord.
“Praat je nou?” De vrouw schudde haar hoofd. “Ik ben vast gek aan het worden.”
“Nee hoor, je bent niet gek. Wij zijn een Russische Matroesjka, wij vormen met zijn vijven een eenheid.”
“Da, zoals de Sovjet-Unie voordat die uit elkaar viel.”
Als nummer één met haar ogen had kunnen rollen had ze het gedaan. Nu hadden ze de poppen aan het dansen. Nou, zij danste mooi niet mee. Ze klemde haar boven- en onderkant stevig op elkaar in een poging de stemmen van de anderen te smoren.
“Dus ik moet jullie in meervoud aanspreken?”
Nee toch, ging de vrouw er nu in mee? Dan waren twee, drie en vijf helemaal niet meer te beteugelen. Nummer één zag de bui al hangen.
“Da, en je mag ook je zoontje met ons laten spelen hoor!”
“Spreek voor jezelf, nummer vijf!”
“Ik wil jullie graag bij elkaar houden, dus zullen we dat niet doen? Maar wat is dan een Baboesjka?”
“Baboesjka is het Russische woord voor grootmoeder.”
Wat? Bemoeide nummer vier zich er nu ook mee? Je reinste muiterij, dat was het.
“Matroesjka’s bestaan al sinds 1890, maar we zijn toch echt geen Baboesjka.”
“Jullie zijn nog jong van geest bedoel je?”
“Da! Behalve nummer één. Die betuttelt ons. Ze zegt dat ze ons moet beschermen.”
Nu was het genoeg. Al die jaren had ze de andere vier beschermd, hen een veilig thuis geboden. Dit was de dank die zij daarvoor kreeg? “Njet! Matroesjka, dat ben ik, ondankbaren! Wie vormt jullie thuis? Wie is de Gorbatsjov van onze vijfkoppige Sovjet-Unie? Vangen jullie voortaan zelf de klappen op? Da! Ik ben trots op ons erfgoed, net als jullie, maar dat zit niet in de naam. Zet u ons alstublieft terug op de kast. Spasibo.”
“Ja, grootmoeder.” Het was eruit voordat de vrouw er erg in had. Matroesjka zat er niet mee. Twee, drie, vier en vijf roerden zich niet meer. De orde was hersteld.
Geschreven als opdracht voor de cursus Creatief Schrijven voor Nieuwsgierigen van De Schrijfschool, een dialoog met een voorwerp.
Reacties
Een reactie posten